Paragrafen

Paragraaf financiering

Paragraaf financiering

Algemeen

Deze paragraaf bevat onze beleidsvoornemens ten aanzien van het risicobeheer van de financieringsportefeuille en geeft inzicht in de rentelasten, het renteresultaat, de wijze waarop rente aan investeringen, grondexploitaties en taakvelden wordt toegerekend en de financieringsbehoefte.

In deze paragraaf komen achtereenvolgens deze onderwerpen aan de orde:

·         Financieel beleid;
·         Wet Houdbare Overheidsfinanciën (wet HOF) en verplicht schatkistbankieren;

·         Financieringsstructuur;
·         Renteontwikkeling;
·         Risicobeheer;
·         Renterisiconorm;
·         Kredietrisico;
·         Kasgeldlimiet;
·         Renteomslag;
·         Schatkistbankieren.

Financieel beleid

Het financieel beleid van onze gemeente kenmerkt zich door zuiver te begroten en transparant te zijn in onze rapportages. Onder ‘zuiver begroten’ verstaan we dat alle noodzakelijke lasten structureel zijn verwerkt in een sluitende begroting en dat we geen lasten doorschuiven naar de toekomst. In 2023 zijn er over het boekjaar 2023, 4 rapportages geweest, namelijk: de eerste en tweede prognose en de eerste en tweede tussenrapportage. Er zijn geen lasten doorgeschoven naar de toekomst.

Het EMU-saldo is het saldo van de inkomsten en uitgaven van de overheid. Het EMU-saldo van de lokale overheid telt mee voor het EMU-saldo van de totale overheid. In het Verdrag van Maastricht uit 1992 is afgesproken dat het EMU-tekort van een land maximaal 3% van het bruto binnenlands product (BBP) mag zijn.

In de wet staat dat gemeenten een gelijkwaardige bijdrage moeten leveren aan het terugdringen van het EMU-tekort. Het EMU-saldo, ofwel het nationale begrotingstekort, mag niet groter zijn dan 3% van het bruto binnenlands product (bbp). Van dit tekort neemt het Rijk 2,5% voor zijn rekening en de decentrale overheden 0,5%.

De EMU-saldo

Begroting
2023

  Rekening
 2023

  Rekening
2022

Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan/onttrekking uit reserves 

1.017

16.712

8.649

Mutaties (im)materiële vaste activa (-)

21.531

1.309

3.781

Mutatie voorzieningen (+)

932

99

-23

Mutatie voorraden (incl. bouwgronden in exploitatie) (-)

-3.071

-5.762

-994

Verwachte boekwinst bij verkoop effecten en verkoop (im)materiële vaste activa (+)

0

0

0

EMU-saldi gemeente Schagen

-16.511

21.264

5.839

Financieringsstructuur
Onze gemeente heeft middelen nodig voor de financiering van vaste activa, de bouwgrondexploitatie en de lopende transacties. Dat zijn uitgaven min ontvangsten. De financieringsmiddelen bestaan uit de eigen reserves en voorzieningen, langlopende leningen, kortlopende leningen, debetsaldi in rekening-courant en crediteuren. Een deel van deze investeringen komt ten laste van reserves en voorzieningen. Daardoor nemen deze als financieringsbron af.

De investeringen van onze gemeente zijn gefinancierd met langlopende geldleningen, eigen reserves en kortlopende geldleningen. Aan de omvang van kortlopende geldleningen zit een limiet; de kasgeldlimiet. In Schagen bedraagt die afgerond €12,7 miljoen. Wanneer wij dit limiet drie kwartalen overschrijden, moet langlopende financiering worden aangetrokken. In 2023 was het gehele jaar sprake van een overschot aan liquide middelen. Dit is voor een groot deel ontstaan door vooruit ontvangen voorschotten van het Rijk. De middelen zijn overgeboekt op de zogenaamde rekening Schatkistbankieren. Op 31 december 2023 bedroeg het saldo van deze rekening ruim €24,3 miljoen.

De investeringen met een economisch nut en financiële vaste activa (Regius, startersleningen e.d.) bedragen bij elkaar €84 miljoen. Hier staat €48 miljoen aan vaste geldleningen tegenover. De rest is gefinancierd met reserves en kasgeld.

De leningenportefeuille bestaat per 31 december 2023 uit 10 leningen met een oorspronkelijke hoofdsom van €75 miljoen. Het saldo van de openstaande leningen bedraagt €48 miljoen.

Renteontwikkeling
De ECB heeft in 2022 en 2023 voor het eerst sinds 11 jaar meerdere keren de depositorente verhoogd. De rente lag eind juli 2022 nog op -0,5%. De ECB heeft in 2023 inmiddels 5 keer de rente verhoogd. De depositorente van de ECB steeg van 2% aan het begin van het jaar naar 3,75%. Een stijging van 1,75%.

Risicobeheer
Een belangrijk onderdeel van het treasurybeheer in onze organisatie is het risicobeheer. Het risicobeheer omvat alle activiteiten die zich richten op het beheersen van financiële risico’s zoals renterisico’s, kredietrisico’s en liquiditeitenrisico’s. Onze gemeente loopt geen koersrisico omdat ons effectenbezit geen speculatief karakter heeft. De aandelen zijn gewaardeerd tegen historische aanschafprijs.

Renterisiconorm
In de wet financiering decentrale overheden (Wet fido) is het sturingsinstrument 'renterisiconorm' geïntroduceerd. Met deze norm wordt een kader gesteld voor de spreiding van de looptijden van langlopende geldleningen. Het doel van de renterisiconorm is het beperken van de gevolgen van een stijgende kapitaalmarktrente op de rentelasten van de gemeente. Dit wordt bereikt door een limiet te stellen aan dat deel van de vaste schuld waarover het rentepercentage in een bepaald jaar moet worden aangepast aan de geldende markttarieven. De bedoelde aanpassingen van rentepercentages doen zich voor bij herfinanciering en renteherziening.
Herfinanciering houdt in dat een vervangende lening wordt aangetrokken om aan de aflossingsverplichting van een bestaande lening te voldoen. Renteherziening doet zich voor wanneer de geldgever het rentepercentage van een lening gedurende de looptijd herziet. Spreiding dient te voorkomen dat in een jaar een relatief groot deel van het vreemd vermogen geherfinancierd dient te worden of dat renteaanpassing plaats zal vinden in een periode waarin de rente relatief hoog is. De renterisiconorm zorgt er uiteindelijk voor dat de rentestijgingen vertraagd doorwerken op de rentelasten in een jaar. Hieronder volgt een berekening van de renterisiconorm van 2023.

Kredietrisico
Bij het bepalen van kredietrisico’s maken we een onderscheid tussen risico’s. Er zijn risico's die wij als gemeente lopen omdat wij geldleningen verstrekken of hebben verstrekt aan andere partijen, en er zijn risico’s die wij als gemeente lopen omdat wij gemeentegaranties, oftewel borgstelling, hebben afgegeven. De genoemde risico’s hebben zich niet voorgedaan in 2023.

Bedragen x euro 1.000,-

Berekening renterisiconorm en risico 

Begroting 2023

Rekening 2023

Rekening 2022

1a Renteherziening op vaste schuld o/g

1b Renteherziening op vaste schuld u/g

2 Netto renteherziening op vaste schuld (a-b)

3a Nieuwe aangetrokken vaste schuld

       11.000

3b Nieuwe verstrekte lange leningen

4 Netto aangetrokken vaste schuld (a-b)

       11.000

             -  

             -  

5 Betaalde aflossingen

         3.205

        3.205

        3.205

6 Herfinanciering (laagste van 4 en 5)

         3.205

        3.205

        3.205

7 Rente risico op vaste schuld (2+6)

         3.205

        3.205

        3.205

Rente risiconorm

Begroting 2023

Rekening 2023

Rekening 2022

 8  Begrotings- rekeningtotaal

     145.447

     149.097

     132.342

 9  Bij ministeriele regeling vastgesteld %

20%

20%

20%

10 Renterisiconorm

       29.089

       29.819

       26.468

Toets rente risiconorm

Begroting 2023

Rekening 2023

Rekening 2022

10 Renterisiconorm

       29.089

       29.819

       26.468

 7  Renterisico op vaste schuld

         3.205

        3.205

        3.205

11 Ruimte (+) / Overschrijding (-)  (10-7)

       25.884

       26.614

       23.263

Bedragen x €1.000,-

Verstrekte leningen

2023

2022

Leningen Verenigingen/Stichtingen

      712

      726

Duurzaamheidsleningen

   3.104

    3.076

Startersleningen

   3.456

    2.415

Hypotheken

      154

      164

Obligatlelening Alliander

   1.446

    1.446

Deelnemingen

      676

      327

Totaal

   9.548

    8.154

Kasgeldlimiet
In de onderstaande tabel toetsen we de omvang van de kasgeldlimiet aan de wettelijke norm uit de Wet fido. De gegevens voor de begroting baseren we op de wettelijke gemiddelde omvang van de vlottende schuld en vlottende middelen aan het begin van het boekjaar. De kasgeldlimiet wordt berekend als een percentage van de jaarbegroting en geldt voor het hele jaar. De kortlopende schuld mag niet verder oplopen dan 8,5% van het rekeningtotaal aan lasten voor bestemming. Dit houdt in dat de kasgeldlimiet 8,5% van €148 miljoen, dus €12 miljoen bedraagt. Mocht het nodig zijn kan de gemeente korte termijn financiering aantrekken tot dit bedrag.

Bedragen x euro 1.000,-

Berekening kasgeldlimiet

Begroting 2023

Rekening
  2023

Rekening 2022

1) Toegestane kasgeldlimiet

begrotings- rekeningtotaal

       145.447

149.097

       132.342

kasgeldlimiet in procenten

8,50%

8,50%

8,50%

kasgeldlimiet in bedrag

        12.363

        12.673

        11.249

2) Omvang vlottende schuld

schuld in rekening courant

               -  

overige geldleningen niet zijnde vast schuld

          7.679

          4.219

          4.354

overige uitstaande schulden <1jaar 

        32.850

        22.379

        17.511

Totaal vlottende schuld

        40.529

        28.081

        21.865

3) Omvang vlottende middelen

contante gelden in kas

                2

                1

tegoeden in rekening-courant

               54

                2

overige uitstaande gelden < 1 jaar

        20.549

        51.764

        34.744

Totaal vlottende middelen

        20.549

        51.820

        34.750

4) Toets kasgeldlimiet

Totaal netto vlottende schuld (2-3)

        19.980

       -25.222

       -12.882

Toegestane kasgeldlimiet (1)

        12.363

        12.673

        11.249

Ruimte (+) / Overschrijding (-)

         -7.617

        37.895

        24.131

Renteomslag (ook wel rekenrente) en renteresultaat

·        Voor de berekening van de renteomslag volgen we de methodiek uit de BBV-notitie rente 2017.

·        De renteomslag voor 2023 bedraagt 1,5%.
·        De externe en interne rente wordt door middel van de renteomslag via de kapitaallasten doorberekend aan de taakvelden.

Bedragen x € 1.000

2023

a. De externe rentelasten over de korte en lange financiering

1.247

b. De externe rentebaten

-1.230

Saldo rentelasten en rentebaten

17

c. De rente die aan de grondexploitatie moet 

11

    worden doorberekend

 De rente van projectfinanciering die aan

    het desbetreffende taakveld moet worden 

    toegerekend

                    -  

Aan taakvelden toe te rekenen externe rente

17

d1. Rente over eigen vermogen

0

d2. Rente over voorzieningen

0

Totaal werkelijk aan taakvelden toe te rekenen rente

17

e. De aan taakvelden toegerekende rente (renteomslag)

1.847

f. Renteresultaat op het taakveld Treasury

-1.830

Schatkistbankieren

Eind 2013 is het schatkistbankieren ingevoerd. Dit houdt in dat overtollige middelen, met uitzondering van middelen nodig voor uitoefening van de publieke taak, voortaan uitsluitend bij het Rijk, oftewel de schatkist, of bij andere lagere overheden mogen worden uitgezet. Dit beperkt eventuele kredietrisico’s. Een bepaald bedrag, afhankelijk van het begrotingstotaal, het zogenaamde drempelbedrag, mag buiten de schatkist worden gehouden. Voor onze gemeente is dit een bedrag van €2,9 miljoen. De verantwoording over het schatkistbankieren is conform de wettelijke richtlijnen opgenomen in de toelichting op de balans onder de vlottende activa. Per 31 december 2023 is het saldo van het schatkistbankieren €24.324.400.

Deze pagina is gebouwd op 07/17/2024 16:39:31 met de export van 07/17/2024 16:32:17