Jaarrekening

Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar

Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar

 
Bedragen * € 1.000

Balanswaarde 01-01-2023

Boekwaarde 31-12-2023

Voorziening oninbaarheid

Balanswaarde 31-12-2023

Vorderingen op openbare lichamen

19.876

36.844

                         -  

36.844

- Debiteuren

4.009

2.743

                         -  

2.743

- Schatkistbankieren

8.069

24.324

                         -  

24.324

- Vordering BCF

7.798

9.777

                         -  

9.777

Overige vorderingen:

5.180

8.002

-557

7.445

- Belasting debiteuren

1.853

2.536

-266

2.270

- Debiteuren Sociaal domein

1.748

1.627

-282

1.344

- Debiteuren overig

1.579

2.397

-8

2.388

- Rekening courant SVN

0

1.442

0

1.442

Totaal

25.056

44.846

-557

44.289

Onder de vorderingen op openbare lichamen vallen alle openstaande vorderingen die de gemeente per balansdatum open heeft staan ten aanzien van ministeries, gemeenten, provincies en andere openbare lichamen. De voorziening oninbaar wordt bepaald aan de hand van een ouderdomsanalyse van de vordering en de te verwachte oninbaarheid. Onder de vordering financiën vallen alle overige openstaande vorderingen van de gemeente, niet zijnde belastingen.

Onder de vordering belastingen vallen alle openstaande vorderingen m.b.t. OZB, rioolheffing, afvalstoffenheffing, forensenbelasting en toeristenbelasting. Onder de vorderingen "Overig" vallen de depot bedragen.

Schatkistbankieren
De regeling schatkistbankieren decentrale overheden (Skb) schrijft voor dat decentrale overheden hun overtollige (liquide) middelen, boven een bepaald drempelbedrag, moeten aanhouden in de schatkist van het Rijk. Gerekend over een heel kwartaal, mogen de gemiddelde overtollige middelen per dag niet hoger zijn dan deze drempel.

Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren (bedragen x € 1000)

Verslagjaar

(1)

Drempelbedrag

2901

Kwartaal 1

Kwartaal 2

Kwartaal 3

Kwartaal 4

(2)

Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen

                   203

                 20

                  33

               48

(3a) = (1) > (2)

Ruimte onder het drempelbedrag

                2.698

           2.881

            2.868

         2.853

(3b) = (2) > (1)

Overschrijding van het drempelbedrag

                       -  

                  -  

                   -  

                -  

(1) Berekening drempelbedrag

Verslagjaar

(4a)

Begrotingstotaal verslagjaar

           145.047

(4b)

Het deel van het begrotingstotaal dat kleiner of gelijk is aan € 500 miljoen

           145.047

(4c)

Het deel van het begrotingstotaal dat de € 500 miljoen te boven gaat

                       -  

(1) = (4b)*0,0075 + (4c)*0,002 met een minimum van €250.000

Drempelbedrag

2901

(2) Berekening kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen

Kwartaal 1

Kwartaal 2

Kwartaal 3

Kwartaal 4

(5a)

Som van de per dag buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen (negatieve bedragen tellen als nihil)

             18.254

           1.822

            2.997

         4.381

(5b)

Dagen in het kwartaal

90

91

92

92

(2) - (5a) / (5b)

Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen

                   203

                 20

                  33

               48

De conclusie is dat conform gehandeld is.

Deze pagina is gebouwd op 07/17/2024 16:39:31 met de export van 07/17/2024 16:32:17